Hoofdstuk 3
La Passione di Gesu’ Cristo van Confidati, uit 1813, L’eroina d’Allesandria van Berti uit 1714 en La Rosane van Cicognini uit 1663. Drie Italiaanse libretti uit drie verschillende eeuwen, in drie verschillende formaten – van 13 tot 15,5 cm –, maar elk met een decoratieve papieren band. Spijtig genoeg aan de voorzijde verknoeid met een opzichtig en wel erg groot etiket, aangebracht op de in de vroege 20e eeuw.
Het kleinste boekje komt uit Parijs. Het is een muziekalmanak van 1821 en dus het meest recentste van de reeks, maar de papieren band uit de vroege 19e eeuw kan probleemloos de concurrentie aan met die van de libretti.
De librettist Giacinto Andrea Cicognini (1606-ca. 1650) was een van de bekendste operalibrettisten van zijn generatie. Zijn teksten werden door o.m. Cavalli en Cesti op muziek gezet. Zijn grootste succes was Giasone, op muziek gezet door Cavalli.
La Rosane of Gl’amore di Alessandro Magno heeft hij niet kunnen afwerken, maar de tekst is na zijn dood door een niet-geïdentificeerde auteur afgewerkt. Achtereenvolgens werd het tot een opera verwerkt door Lucio (1651), Ferrari (1656), G. G. Arrigoni (ca. 1657-58) en later nog door Boretti (1668). Wie de componist van deze versie is, is niet bekend.
De ondertitel van L’eroina d’Allesandria, nl. La santa Catherina, wijst duidelijk naar het godsdienstige onderwerp. Religieuze opera’s kwamen wel vaker voor in het Rome van toen, maar dit libretto is bedoeld voor een oratorium. De muziek is gecomponeerd door Antona Berti. De eerste uitvoering vond plaats in Rome, 1714.
La Passione di Gesu’ Cristo, libretto van de cantate van Luigi Confidati (1772-1847), uitgegeven in Rome, 1813. Ondanks het religieuze thema van het libretto heeft de drukker een versieringsmotief met zuiver muzikaal thema gekozen.
Le chansonnier des graces, almanach chantant, pour la présente année. De papieren band heeft een heel eenvoudig stempelpatroon in twee kleuren, maar door de overlapping toont het resultaat drie verschillende tinten. De kalender in het midden van de publicatie vertelt dat het ‘huidige jaar’ 1821 is.
Het kleine boekje, amper 10 cm hoog, bevat enkel tekst, maar in een aantal gevallen, zoals het gedicht ‘Avis à ma femme’, wordt de melodie vermeld waarop de tekst gezongen kan worden. Deze almanak uit 1821 doet duidelijk al aan klantenbinding. De ‘cliffhanger’ waarmee dit spannende verhaal eindigt, krijgt pas zijn vervolg in de volgende aflevering, nl. de almanak van 1822.
Collectie Conservatorium Brussel, FA-IV-129-3, 21622, 20175, 21353